- - - - - - Tariq Ramadan (II): Possibilities of a True Islamic World!- - - - - -
-
There is no European [or America, Latin, Asian] Islam; there is ONE Islam.

De illusie van diversiteit.
Telkens als Europeanen zich zorgen maakten over de assimilatie van immigranten op de lange termijn, maakten ze zich vooral zorgen over moslims.
En soms maakten ze zich uitsluitend zorgen over de moslims.
In Denemarken, waar de Rechtse Volkspartij ( DF, Dansk Fokeparti) de heersende coalitie zo bang had gemaakt, dat deze de strengste - tegen immigratie gekante - wetten van Europa had aangenomen, deed de leiding van de DF haar uiterste best om uit te laten komen dat ze niet álle immigranten problematisch vond.
"Zij zijn geen probleem- ze zijn volledig geïntegreerd ", zei priester en DF parlementslid Jesper Langballe over de vele Tamils, die zich in zijn parochie in Jutland gevestigd hadden. "Het probleem is dat je geen grote aantallen moslims kunt integreren in een land met een cultureel fundament dat christelijk is."
Rikke Hvilhoj, de toenmalige Deense minister voor integratie, zei dat dit geen ongebruikelijke opvatting was.
Denemarken had in 1956 een omvangrijke immigratiestroom uit Hongarije - en in 1968 uit Polen - te verwerken gekregen, om nog maar te zwijgen van een ongewoon groot contingent Vietnamese bootvluchtelingen, dat eind jaren zeventig en begin jaren tachtig arriveerde.
'Als Denen vandaag de dag over immigranten spreken, ´zei ze, ´ dan hebben ze het niet over Hongaren of Vietnamezen.´
De opvatting van de Europese gewone man (van 88 procent van de Duitsers bijvoorbeeld) was dat moslims 'apart willen blijven', een opinie die nergens in het overheidsbeleid tot uitdrukking kwam.
De officiële opvatting was dat moslims nagenoeg hetzelfde waren als iedere andere immigrantengroep en dat moslims de Europese cultuur tot nu toe inderdaad versmaad hadden, maar dat er hoe dan ook onverbiddelijke historische ontwikkelingen gaande waren.
Volgens de politieke voormannen konden moslims, net zomin als immigranten in voorgaande eeuwen, op den duur nog een afgescheiden cultuur vormen en de reden was de diversiteit onder moslims zelf.
De islam is niet alleen een gevarieerd spectrum van geloofsovertuigingen en culturen- Arabische en niet Arabische, soenitische en sjiitische, traditionele en moderne- maar dat spectrum wordt nog verder gebroken door de plotselinge entree van de islam in Europa.
In welk opzicht hebben Engelssprekende Pakistani een cultuur gemeen met Italiaanssprekende Marokkanen of Duitssprekende Turken?
Gewag maken van de moslims was een onnozel cliché, een optische illusie.
Ze vormden niets meer of minder dan een mengelmoes.
Inderdaad is de diversiteit onder moslims groter dan je op het eerste gezicht zou denken. Buurten die in de ogen van buitenlanders 'typisch Pakistaans' zijn, kunnen bewoond worden door Pakistani én Bengali, terwijl Pakistani die er wonen weer onderverdeeld kunnen worden in mensen, die zichzelf zien als Punjabi's en weer anderen die Mirpuri's zijn.
De bewoners van een Parijse buurt, waar voornamelijk Algerijnen wonen, die in de jaren zestig geïmmigreerd zijn ( bijvoorbeeld Ménilmontant), kun je doorgaans onderverdelen in Arabieren en Berbers.
Een buurt in het Rijnland, waar voornamelijk Turken wonen die hier voor het eerste kwamen in de jaren zestig ( bijvoorbeeld Marxloh), kan vrijwel zeker worden opgesplitst in soennieten en alevieten, naast etnische Turken en Koerden.
Omdat moslims op de hoogte zijn van deze diversiteit, ergeren velen zich eraan dat ze steeds weer op één hoop gegooid worden.
Hoe bedoelt u: dé islam? "vroeg een Duitse maatschappelijke werker aan een journalist van de Stern: "Er bestaat niet zoiets als één enkele islam".
De Franse socioloog Dounia Bouzar schreef een boek met de titel 'Monsenieur Islam'n'existe pas ( "Meneer" islam bestaat niet).
Maar ondanks veel aangenaam aandoende welbespraaktheid is dit constante gehamer op het aanbeeld van de diversiteit een miskleun.
Het is net zoiets als zeggen, dat er niet zoiets als 'de' auto bestaat, omdat een Volvo anders is dan een Volkswagen.
Onder moslims bestaat er beslist diversiteit, maar het belang ervan wordt overdreven.
Er is een duidelijke reden waarom diversiteit een door veel goedbedoelde Europeanen gekoesterde mythe werd: je kon er een utopie op bouwen.
Als de islam zoveel vormen kende, zo vroegen deze Europeanen zich af, waarom zou er dan geen Europese vorm kunnen bestaan, die ervoor zou zorgen dat niet alleen loyalisten jegens de nieuwe landen waarvan moslims staatsburger waren geworden op de bestaande religie werden geënt, maar ook het respect voor grondwettelijke rechten, die in nagenoeg ieder deel van de moslimwereld taboe waren.
De inmiddels overleden Franse islamoloog Jacques Berque opperde eind jaren tachtig als eerste het idee om de islam in Frankrijk te vervangen door een islam ván Frankrijk en sinds die tijd geniet dit idee, samen met de kernachtige verwoording ervan, grote populariteit bij ambtenaren en intellectuelen in heel Europa.
Stefano Allievi, een vooraanstaande Italiaanse godsdienstsocioloog, die gespecialiseerd is in de islam, schreef over jongere generaties voor wie 'de islam in Italië een Italiaanse islam aan het worden is: 'De schepping van een 'Duitse islam' uit de massa van Duitse moslims is het expliciete doel van de islamkonferenz, die in 2006 werd geïnitieerd door de minister van Binnenlandse zaken, Wolfgang Schäuble.
In werkelijkheid gebeurde in de meeste landen van Europa het omgekeerde: een gedeeltelijke omhelzing van de nationale identiteit van het nieuwe land werd gevolgd door een terugtrekking naar de religieuze identiteit van het oude land.
Deze verschuiving is geprononceerd onder de jongere generaties.
In het Frankrijk van Jacques Berque zelf, het land dat de meeste middelen heeft gespendeerd aan het domesticeren van de islam, zien jonge mensen van moslimafkomst zichzelf eerder als islamiet dan als Frans.
Toen aan moslimscholieren werd gevraagd welk element voor hen kenmerkend was, antwoordde een derde van hen dat dat hun religie was, terwijl minder dan 5 procent van autochtone Franse kinderen hetzelfde zei.
De linkse journalist Alain Gresh constateerde dat de uitdrukking 'tweede generatie' nooit is gebruikt voor eerdere generaties Franse jongeren, wier ouders Italiaans of Pools waren.
Dat zou kunnen wijzen op het falen van de Franse burgerschapstradities, maar waarschijnlijker is het veeleer een teken dat, in weerwil van de kracht van de tradities, de gehechtheid van deze generatie aan haar voorouderlijke tradities sterker is.
De situatie is hetzelfde in Groot-Brittannië.
Begin 2007 publiceerde de denktank Policy Exchange een verontrustende studie.
De auteurs stelden vast dat bijna een derde ( 31 procent) van de Britse moslims dacht dat ze meer gemeen hadden met moslims in andere landen dan met hun medeburgers.
Slechts de helft noemde Groot-Brittannië: 'mijn land'.
Het gevoel bij Groot-Brittannië te horen scoorde hoger bij moslims boven de 45 jaar ( 55 procent) dan bij moslims van 18 tot 24 jaar ( 45 procent).
De militaire dienst biedt nóg een aanwijzing voor de mate, waarin jeugdige moslims zich 'Brits' voelen.
In februari 2007 ontdekten Britse autoriteiten een complot, dat was uitgebroed door in Birmingham woonachtige jonge moslims, met de bedoeling een Britse moslimsoldaat te ontvoeren en onder het oog van een videocamera dood te martelen, waarna de opname zou worden verspreid op het internet.
Het bleek dat de soldaat die ze op het oog hadden één van de slechts 330 moslims in het Britse leger was, een aantal dat men ook met koppig volgehouden rekruteringspogingen niet heeft kunnen laten stijgen.
Van de Britten die dienst namen bij het leger was gemiddeld ruwweg 5 procent moslim.
In theorie heeft Duitsland meer kans het soort nationale islam te worden waarnaar Europese regeringen beweren te streven, niet vanwege enige bijzondere wijsheid in het gevoerde beleid, maar vanwege de gerichtheid van de Turkse cultuur, waaruit de meeste Duitse immigranten afkomstig zijn.
'Deze mensen delen niet het Arabische minderwaardigheidsgevoel.
Ze kijken met trots naar hun eigen geschiedenis van modernisering vanaf Atatürk,'schreef de journalist Jörg Lau, 'en het merendeel vindt zich nu al deel uitmaken van het Europese Westen.'
Dit betekent niet dat deze Turken méér bereid zijn zich aan te passen aan Duitsland dan andere immigrantengroepen zich wensen aan te passen aan hun respectievelijke nieuwe landen, het betekent alleen maar dat ze het minder nodig vinden om zich aan te passen.
Een manier om meer inzicht te krijgen in de diepgewortelde loyaliteit van de Duitse Turken, is kijken naar de keuzes die ze maken rond begrafenissen.
Alle moslimorganisaties in Duitsland hebben begrafenisfondsen waaraan leden van de gemeenschap bijdragen.
Volgens een onderzoek van het Zentrum für Türkeistudien uit 2000, kon slechts 5 procent van de ondervraagde Turken zich voorstellen dat ze zich in Duitsland zouden laten begraven.
Het feit dat 68 procent vóór de oprichting van moslimbegraafplaatsen in Europa is- waar, als een van de aanpassingen, een begrafenis in een lijkwade in plaats van een lijkkist is toegestaan- kun je zien als een gunstig teken.
Maar het geeft wel aan, dat de prijs voor een 'Europese' islam een islamitisch Europa zal zijn. Als aan een Duitse Turk wordt gevraagd of er 'een speciale, Duitse vorm van islam is', zegt 68 procent dat dat niet het geval is.
Ze zijn verdeeld over de vraag of de voorschriften van de islam eigenlijk wel verenigbaar zijn met de regels van de Duitse maatschappij: 52 procent zegt dat ze daarmee verenigbaar zijn, terwijl 46 procent vindt van niet.
Natuurlijk zou het Europees- zijn haar intrede doen in het culturele leve van moslims, die in Europa wonen.
Dat kon toch niet anders?
Ieder volk, dat vijftig jaar in een gegeven land heeft doorgebracht, zal bepaalde culturele sporen dragen van dat verblijf.
Dat kunnen sporen zijn van iets diepers, maar het kan ook om oppervlakkige dingen gaan.
Dat de meeste Britse kolonialen je konden vertellen wat pukka en sahib betekenende, maakten van hen nog geen Indiërs.
Net als bij de hardnekkig volgehouden eis, dat immigranten 'de wet gehoorzamen', nemen Europeanen ook in dit geval iets, wat ze als onvermijdelijk beschouwen en kleden ze het in als de inwilliging van een eis.
De officiële organen, die als bouwstenen moesten dienen voor een nationale islam - van de Conseil Français du Culte Musulman( CFCM) tot de zogenaamde autonome Muslim Association of Britain- waren niet berekend op die taak.
Nationale fondsen konden ze zeer zeker accepteren.
Maar nationale islams creëren, dat konden ze niet.
Islam de France, Deutsche Islam, islam italiano… dat waren slogans, antwoorden op een vraag die de islam niet stelt'.
Redactie.
Dit hoofdstuk uit 'De Europese Revolutie' van Christopher Caldwell, spreekt geheel voor zich.
Overal in Europa proberen de politici, die in dienst zijn van Prins Alwaleed, de autochtone bevolking - hun eigen landslieden dus- een sprookje te vertellen over een islam, speciaal voor hun land.
Allemaal lariekoek.
Tariq Ramadan heeft het herhaaldelijk verklaard: "Er is maar één islam".
Ieder - hetzij islamiet of niet- islamiet - die iets anders vertelt, is niet geheel eerlijk…. beter gezegd: hij of zij liegt.
Dag.
November 2010.