De superioriteit van de Islamitische cultuur.
( Overgenomen van Bat Ye'or uit haar boek: Eurabië).
De overtuiging dat de westerse beschaving schatplichtig is aan de middeleeuwse islamitische cultuur
kwam voor het eerst tot uitdrukking in de verklaringen die in september 1968, kort na Arabische
nederlaag in de zesdaagse oorlog, werden uitgevaardigd door de vierde conferentie van het
islamitische onderzoek centrum Al Azhar:
........................"De conferentie beveelt de publicatie in meerdere talen en
.........................verspreiding aan van een gedetailleerd boek over de stand-
.........................punten van de islamitische beschaving over de rechten van de
........................mens in vergelijk tot die van de westerse beschaving.
........................De conferentie beveelt de voorbereiding aan van een historisch
........................en wetenschappelijk onderzoek naar de invloed van de islamitische
........................beschaving op de politieke, sociale en godsdienstige hervormingen
........................in het Westen vanaf de Renaissance."
In antwoord op deze oproep publiceerden voorname westerse arabisten, uit overtuiging of met andere
motieven, een overvloed aan werken, waarin de lof op de bijdrage van de islamitische beschaving aan
de westerse cultuur ( Red: Leemhuis behoort ook bij deze dubieuze arabisten) werd bezongen.
Deze stroming kreeg vervolgens steun van de Dialoog.
Aangezien deze conferentie plaatsvond in het kader van de oorlog tegen Israël, zetten alle geleerden uit
de islamitische wereld de theorie van de rechtmatige jihad en de uitleg die daarvoor werd gegeven in
de fiqh ( de islamitische wetgeving) uiteen.
In september 1991 hield de Parlementaire Assemblee van de Raad van Europa een vergadering over
de bijdrage van de islamitische beschaving aan de Europese cultuur. Sommige sprekers herinnerden
eraan dat het eenvoudig een vervolg betrof op de eerdere resolutie uit 1987 over de joodse bijdrage aan
de Europese beschaving.
Na een conferentie in Parijs van de Commissie Cultuur, Wetenschap en Onderwijs, nam de
Parlementaire Commissie van de Raad van Europa op 19 september 1991 een tekst aan, waarin de
volgende opmerking en aanbevelingen werden geformuleerd:
..................." 4. De conferentie heeft aangetoond dat de islam, naast het christendom
.........................en het Jodendom, die deel uitmaken van de Europese cultuur, gedurende
.........................meerdere eeuwen, in verschillende vormen invloed heeft gehad op de
.........................Europese beschaving en het dagelijkse leven, en niet alleen in landen met
.........................een islamitische bevolking zoals Turkije. Het nieuwe Europa wordt ook
.........................nog steeds meer beïnvloed door de islam, niet alleen door gebieden met
.........................een overwegend islamitische cultuur, zoals Albanië en bepaalde zuidelijke
.........................republieken van de USSR, maar ook ten gevolge van de immigratie uit
.........................de islamitische wereld in het algemeen."
....................6."De islam heeft echter geleden en blijft lijden onder het vervormde beeld
........................dat men ervan geeft door middel van bijvoorbeeld vijandige en oosterse
........................stereotypen, en de Europeanen zijn zich slechts weinig bewust van de
........................waarde van zijn bijdrage in het verleden of van de positieve rol die hij
........................tegenwoordig in onze samenleving kan spelen. Historische fouten, een
........................selectieve benadering in het onderwijs en een simplistische voorstelling
........................in de media zijn verantwoordelijk voor deze situatie."
..................9." De Assemblee is er zich bewust van deze situatie, van de noodzaak
........................om het verleden beter te kennen om de toekomst voor te bereiden en
........................van de waardevolle bijdrage die de islamitische waarden kunnen
........................leveren aan de kwaliteit van het leven door de algehele Europese
........................benadering op cultureel, economisch, wetenschappelijk en sociaal
........................gebied te vernieuwen".
In de volgende alinea beval de Assemblee meer aandacht voor de samenwerking met de islamitische
wereld aan: 'De Raad van Europa heeft al veel gedaan ten gunste van het interculturele begrip en zou
zich er meer voor moeten inspannen, met name voor wat betreft de islamitische cultuur.'
De Assemblee drong aan op meer samenwerking met instellingen en NGO's, zoals het westerse
Instituut voor Islamitische Cultuur in Madrid en het Instituut du Monde Arabe in Parijs.
Ze beval het Comité van Ministers aan meer belang te hechten aan de islamitische wereld in het
intergouvernementele actieprogramma van de Raad van Europa en in zijn aanbevelingen aan de
regeringen van de lidstaten ( artikel 11).
Deze aanbeveling wijst er duidelijk op dat de islamofiele stroming in de EU in het leven werd
geroepen door politieke richtlijnen, die aan alle lidstaten werd doorgegeven.
Dit beleid ligt geheel in de lijn van de Dialoog.
Op het gebied van het onderwijs beval de Assemblee een evenwichtige en objectieve voorstelling van de
geschiedenis van de islam in de onderwijsprogramma's en de schoolboeken aan, overeenkomstig het
internationale onderzoeksproject 'De islam in de schoolboeken.'
( Intermezzo van de redactie. Zou men met islamitisch onderwijs onderstaande bedoelen?
Uit een rapport van het Center for Monitoring the Impact of Peace ( CMIP)
wordt een stukje geciteerd uit schoolboeken voor kinderen van 6 tot 16 jaar in Saoedi-Arabië. "De
Islam wordt (in Saoedi Arabische schoolboeken voor 6 tot 16 jarigen) voorgesteld als de enige ware
religie, waarbij alle anderen als vals worden neergezet.
De Islam leidt zijn volgelingen naar het paradijs; alle andere leiden hun volgelingen naar de
vernietiging in de hel.
Saoedische kinderen wordt onderwezen dat zij, als Moslim, superieur zijn zowel in deze wereld als in
de volgende.
Christenen en Joden worden expliciet afgewezen als ongelovigen en worden de vijand van de Islam
en Moslim genoemd.
Er mag geen vriendschappelijke betrekking met hun worden aangegaan, noch mogen zij als
voorbeeld gebruikt worden.
Dit is verboden.
Het westen is de bron van al het kwaad, dat de Moslimwereld aantast.
Westerse democratie wordt verworpen.
Voor wat de Joden aangaat, zij zijn een kwaadwillende natie, zowel in verband met Moslims en
Arabieren als in verband met de wereldgeschiedenis.
Hun verdwijnen is derhalve wenselijk."
Duidelijk is het bovenstaande wel …. natuurlijk, maar als reden om nu in Europa het Arabisch als
een levende taal te gaan promoten, gaat dit toch wel iets te ver.)
Het onderwijs in het Arabisch - als levende taal - moest dus bevorderd worden op Europese scholen,
alsmede het wetenschappelijk onderzoek naar islamitische onderwerpen.
Ook beval de Assemblee aan om het aantal leerstoelen Arabisch en islamitische godsdiensten uit te
breiden en om meer aandacht te besteden aan de islam in de voornaamster vakgebieden, zoals
bijvoorbeeld onderdelen islamitische geschiedenis en islamitische filosofie bij de faculteiten
geschiedenis en filosofie, voor islamitisch recht bij de rechtenfaculteit enzovoort. De samenwerking
tussen Europese universiteiten en universiteiten in de islamitische wereld moest worden ontwikkeld
volgens de criteria van de op te richten Euro-Arabische universiteit.
De Assemblee was bovendien van mening dat de oprichting van centra voor islamitische cultuur voor
de immigranten uit de islamitische wereld noodzakelijk was, al diende het behoud van hun cultuur
een sociaal en cultureel isolement in de landen van opvang echter niet in de hand te werken.
Culturele routes langs islamitisch erfgoed in Europa en buiten Europa, culturele uitwisselingen,
tentoonstellingen, conferenties en publicaties op het gebied van de kunst, muziek en geschiedenis
moesten worden bevorderd.
Deze maatregelen zouden vergezeld gaan van een toename van het aantal vertalingen van belangrijke
klassieke en moderne islamitische werken.
Musea hadden op dit gebied een belangrijke rol te vervullen.
Wat betreft de media besloot de Assemblee dat het aantal producties, coproducties en uitzendingen van
radio-en TV-progammas's over de islamitische cultuur moest worden verhoogd.
De Assemblee verlangde dat er een werkelijke inspanning werd geleverd om de basis te leggen voor de
Dialoog tussen Europa en de islamitische wereld en om de democratie (?) en het pluralisme te
versterken.
Er zou bijzondere aandacht worden besteed aan directe samenwerking met mediterrane Arabische
landen en met immigratiegemeenschappen. In de conclusie werd de wens geuit:
................."De Assemblee vraagt het Comité van Ministers om geïnteresseerde landen
..................uit de islamitische wereld uit te nodigen om op basis van wederkerigheid gelijk-
..................soortige initiatieven te nemen en , wanneer het geval zich voordoet, in te
.................stemmen met de conventies en de open deelakkoorden van de Raad van
.................Europa met het oog op e harmonisatie van de wetgeving en de verbetering
.................Van het interculturele begrip."
De islamitische en Europese geleerden die deelnamen aan dit debat benadrukten de superioriteit van
de islamitische beschaving en van het humanisme van het Andalusische 'gouden tijdperk' en opzichte
van het Europese obscurantisme.
Deze stelling is des te opmerkelijker wanneer men zich realiseert, dat de sharia de wet van dit 'gouden
tijdperk ' was.
In zijn uiteenzetting van de beweegredenen van het rapport beweerde de Spaanse socialistische
opsteller van het rapport, Lluis Maria de Puig, nadat hij de verzinsels van Edward Said als een
onomstotelijke waarheid had gepresenteerd:
................"Hebben zowel de rapporten als onze discussies de grote invloed van de
..................islamitische beschaving op de West/Europese cultuur bevestigd.
.................Het is een feit dat men op zeer uiteenlopende gebieden- de filosofie, de wetenschap,
.................de kunst, de architectuur, de stedenbouw, de medische wetenschap, de taal,
.................het dagelijkse leven en ten slotte de cultuur- de geschiedenis van Europa
.................niet uit kan leggen zonder rekening te houden met de dingen die van
.................islamitische oorsprong zijn"
De rapporteur betreurde de conflicten, die uit de kruistochten, de inquisitie, het imperialisme, het
kolonialisme, de bevoogding van Europa en zijn dubbelzinnige houding ten aanzien van het
Israëlisch- Palestijnse probleem waren voortgekomen.
De Puig plaatste Israël binnen de context van de Euro-Arabische betrekkingen dus op één lijn met de
kruistochten en de inquisitie.
Omar Khalifa, de eerste secretaris-generaal van de Marokkaanse Nationale Raad voor de Arabische
Cultuur, nam de volgende stelling over van Edward Said:
...................."Om deze prijzenswaardige conferentie de verwachte effecten te laten op-
.......................leveren moeten we de reden onthullen waarom de rol van de Arabieren
.......................bij de bouw van de hedendaagse beschaving altijd verwaarloosd is. We moeten
.......................de werkelijke redenen aanwijzen waarom de Arabieren in de afgelopen eeuwen het
.......................onderwerp van laster en agressie zijn geweest en waarom men hun ware aard heeft
.......................willen verhullen.
......................Het belang van een dergelijke herziening van de denkbeelden en opvattingen
......................over de geschiedenis zal geen van de deelnemers van deze conferentie ontgaan,
......................aangezien de contacten tussen moslims en Europa in het verleden aanleiding
.......................hebben gegeven tot zulke ernstige gebeurtenissen als de kruistochten, het Europese
.......................kolonialisme, de oprichting van de staat Israël en ten slotte de Golfoorlog."
Het heeft er alle schijn van dat de Europeanen en de moslims elkaar niet kunnen ontmoeten zonder
bij voorbaat Israël te veroordelen, wat het onderwerp van de besprekingen verder ook is en alsof
vierduizend jaar geschiedenis samengevat moeten worden met de vrijwillige vlucht van Arabieren uit
de staat Israël, toen het land in 1947 door vijf Arabische legers werd aangevallen.
De jihadistische veroveringsoorlogen tegen de ongelovigen, die gedurende meer dan duizend jaar
plaatsvonden, werden niet eens genoemd.
De rituele veroordelingen van Israël vindt nog altijd plaats bij Euro-Arabische ontmoetingen. De
Arabische wereld en de Europese lobbygroepen schreven de aanslagen van 11 september toe aan een
zionistische samenzwering.
Zo gaf de spotprentaffaire, die in gang was gezet toen een Deense krant probeerde te benadrukken dat
de Europese wetten voor de sharia gingen, aanleiding tot een tentoonstelling met spotprenten over de
Shoah.
De oorsprong van deze islamitische obsessie voor het Jodendom is geworteld in een vervangingsbeleid
en - theologie.
De naqba vervangt de Shoah, die nooit zou hebben plaatsgevonden; Jezus is een moslim en geen jood;
het christendom stamt af van de islam en niet van het Jodendom. De bijbel is een vervalsing van de
koran; de bijbel is niet alleen inferieur aan de koran, maar later geschreven.
De Italiaan Gaetano Adinolfi, afgevaardigde en secretaris-generaal van de Raad van Europa, opende
de vergadering met te stellen dat de islamitische beschaving de Europese cultuur vanaf de twaalfde
eeuw tot heden beïnvloed heeft en terug te vinden is in de kunst, de talen, het recht,de filosofie, de
wetenschap, de muziek en zelfs in de gastronomie.
Daaruit leidde hij af dat Europa, dat tot de twaalfde eeuw in duisternis gedompeld was, de
islamitische cultuur veel verschuldigd was.
Dat het Griekse, Romeinse,Byzantijnse en Perzische erfgoed door de joodse, christelijke, zoroastrische
en hindoeïstische dhimmi bevolking aan de Arabieren werd doorgegeven. vermeldde hij er niet bij.
Adinolfi vermelde zelfs de bijdrage van de Arabieren op het gebied van de landbouw.
De Arabieren legden zich echter niet op de landbouw toe; de joden en christenen bewerkten de oases in
Arabië.
De weerzin van de profeet Mohammed voor de landbouw wordt aangehaald in de hadits.( El Bokhari, Les
Traditions islamiques,( Al-Sahih), vertaald uit het Arabisch en van noten en een index voorzien door O |Houdas en W Marçais, Parijs.Ernest
Leroux, 11903-1914; James(vert,) Mishkat Al-masasbih,Lahora,Sh Muhammad Ashraf, 1975 deel 1,p.636)
Een van de deelnemers aan de conferentie, de Italiaan Roberto Barzanti, voorzitter van de commissie
voor Jeugd, Cultuur, Onderwijs, de Media en Sport van het Europese Parlement, ging nog verder dan
de anderen in het ophemelen van de superioriteit van de islamitische cultuur.
Hij uitte zijn bewondering voor het systeem van de madrassa's, de Koranscholen, die volgens hem als
model moesten dienen voor het Erasmusprogramma van de Europese Gemeenschap. Hij leek niet op
de hoogte te zijn van het Pakistaanse of Saudische netwerk van madrassa's, waaruit de
Taliban-beweging ontstond.
Hij putte zich uit in loftuitingen over de Andalusische onderwijsprogramma's en over Ibn Malik, de
risala van Ibn Abi Zyad ( al-Qarawani) en de muwatta van Malik Ibn Anas.
Deze geleerden behoren tot de malikistische rechtschool, die in 795 door Malik Ibn Anas in Media
werd opgericht en die zich onderscheidt door haar strengheid.
Barzanti uitte zijn bewondering voor de islamitische jurist an-Nawawi, die in 1227 overleed. Tijdens
het lezen heeft hij hoogstwaarschijnlijk de passages over jihad en de verplichte discriminatie van joden
en christenen over het hoofd gezien, want daarover repte hij met geen woord.
Tot zover een deel van het hoofdstuk uit Bat Ye'Or's Eurabia over het Andalusische sprookje.
Dat politici behoren tot de meest onbetrouwbare mensen op deze aarde zal niets nieuws zijn. Dat de
bovengenoemde politici naïef of dom waren, kunt u vergeten.
Zij wisten heel duidelijk dat zij bezig waren om Europa en Israël aan de Islamieten te verkopen.
De hoofdschuldige van dit alles is naar mijn mening:
"De Saoedische prins Alwaleed Bin Talal Abdulaziz Al Saud (Riaad, 1955), beter bekend als prins
Alwaleed, is de op vier na rijkste man ter wereld. Met een geschat vermogen van ruim 23 miljard
dollar hoeft de prins op de Forbes-lijst van rijkste aardbewoners alleen Microsoft-topman Bill Gates,
investeerder Warren Buffett, de Indiase staalmagnaat Lakshi Mittal en de Mexicaanse telecombaas
Carlos Slim Helu voor te laten gaan.
De prins heeft zich lang buiten de Saoedische politiek gehouden. Liever richtte hij zich op grote
projecten(?) - zo'n 50 miljoen dollar per jaar gaat op aan projecten die een beter begrip van de
Islamitisch/Arabische wereld in het westen moeten bevorderen."
Omkoping en corruptie is bij de islam en politici net zo natuurlijk als ijs eten in een hete zomer.
Dag.
Juni 2010.
