Het linkse tuig is nog niets veranderd!!
Van de staatsman Georges Clemenceau, die in november 1917 premier van het Franse oorlogskabinet
werd, schijnt de opmerking afkomstig: "De dood van een mens betekent één tragedie, maar die van
duizenden is 'slechts 'een cijfer voor de statistieken."
Een cynische uitspraak, maar helaas wordt deze uitspraak nog dagelijks waar gemaakt.
Indien islamieten honderden, misschien wel duizenden, christenen afslachten, kraait daar geen haan
naar.
Indien echter één islamiet door een niet- islamiet zou worden afgeslacht ( hetgeen al jarenlang niet is
voorgekomen) is de wereld te klein en staat het gehele Midden-Oosten op zijn of haar achterste benen.
Als in Duitsland een zwangere islamitische vrouw door een niet islamiet met een mes wordt gestoken,
komen er uit alle islamitische delen van de wereld klachten en geschreeuw om wraak.
Dat dergelijke wreedheden, begaan door islamieten in Nederland, nauwelijks enige aandacht krijgen,
heeft alles te maken met het feit, dat mij steeds meer duidelijk wordt waarom de islam bij het linkse
deel van Nederland zo geliefd is.
Hieronder volgen enige van de vele misdaden tegen de mensheid, die begaan zijn door links en
extreem links Nederland na het einde van Wereldoorlog II.
Het linkse deel van Nederland herkent zich in de wreedheden van de islam.
"Op 1 oktober 1949 krijgt mr. A.M. baron van Tuyll van Serooskerken, procureur-generaal bij de
Bijzondere Raad van Cassatie, de opdracht een onderzoek in te stellennaar de misstanden in de
kampen voor politieke delinquenten.
Een jaar later presenteert hij de resultaten. Die hebben vooral betrekking op de situatie in de
Harskamp. Van Tuyll zegt dat het onderzoek nog niet afgerond is:
Het wordt bemoeilijkt door verschillende factoren. Zo weigeren verschillende slachtoffers te getuigen;
nu de herinnering aan wat ze hebben meegemaakt langzaam aan vervaagt, willen zij zich de
gebeurtenissen na de bevrijding niet opnieuw Voor de geest halen. Andere gedetineerden durven niet te
getuigen, omdat zij bevreesd zijn voor represailles. Deze vrees is volkomen ongegrond. Degenen die
klachten hebben kunnen deze altijd naar voren brengen, zonder dat dit voor hen onaangename
gevolgen met zich mee zal brengen. Zij behoren dit te doen in het belang van de Rechtsorde.( Haagse
Courant 30 oktober 1950).
Voor het vervolgonderzoek roept procureur-generaal Van Tuyll de hulp in van de gepensioneerde
inspecteur van de Haagse gemeentepolitie, mevr. J.C.van Schilfgaarde.
Zij gaat vrouwelijke ex-gedetineerden verhoren.
Het idee hierachter is, dat vrouwen waarschijnlijk eerder geneigd zijn eventuele seksuele misdragingen
aan een vrouw te vertellen.
In totaal heeft mevrouw Schilfgaarde bijna 170 vrouwelijke ex- gedetineerden verhoord.
Een zwaartepunt ligt in de situatie in Westerbork, waar volgens Van der Vaart Smit zeer ernstige
seksuele misdaden zouden zijn voorgekomen.
In totaal heeft zij dertig vrouwen over dit kamp gehoord.
Deze processen-verbaal geven een naar mijn mening realistisch beeld van de situatie in de kampen in
de periode 1945 tot 1946.
De verhoorde vrouwen zijn wat toen heette 'lichte gevallen' en op een enkele uitzondering na zonder
proces vrijgelaten.
Een aantal van hen was zelfs geheel ten onrechte geïnterneerd.
De vraag is natuurlijk of hun verklaringen betrouwbaar zijn.
Mijn antwoord hierop is:ja.
Hier en daar zal zeker van enige overdrijving sprake zijn, maar de overeenkomsten tussen de
verschillende verklaringen is verder zo evident, dat ze hoogst waarschijnlijk betrouwbaar zijn.
Hieronder citaten uit deze processen-verbaal: achtereenvolgens over de honger; de medische verzorging;
de mishandelingen; geestelijke mishandelingen; seksuele intimidatie; pesterijen, en straffen in de
kampen.
We laten de slachtoffers, want zo mogen we ze wel noemen, zelf aan het woord.
( Pv 3 d.d. 6 januari 1950 met Teuntje Oldemans(1916). Geïnterneerd in mei 1945 en op 10 maart 1946 in vrijheid gesteld. Het proces-verbaal
waaruit in dit hoofdstuk geciteerd wordt, zijn afgenomen door mevr. J.C. van Schilfgaarde, tenzij anders is vermeld)
Gorinchem. 'Het eten was zeer slecht ,n.l. één snee brood per dag en een bord watersoep; als drinken
werd alleen water verstrekt.[..] Door de bewakers werd in het eten gespuwd,[.. ] ook vonden we er
regelmatig sigaren en sigarettenpeukjes ,vliegen,spijkers en spinnen in. Van een ander meisje heb ik
gehoord dat zij gezien
had dat door een van de bewakers in het eten werd geürineerd. Noodgedwongen
aten we het toch op. Het kwam veelvuldig voor dat vrouwen en meisjes ontucht pleegden met
bewakers, waarvoor ze dan brood of chocola kregen'.
(Pv.9 dd 11 januari 1950 met Cornelia J van Deventer(1924), leerling verpleegster. Geïnterneerd 27 april, september 1946 vrijgelaten.)
Westerbork. Het eten was buitengewoon slecht en wij waren allen ondervoed.
( Pv 37 dd 10 en 15 februari 1950 met Anna H. Kraayvanger(1891), echtgenote van B.W.P. Acket( NSB burgermeester van Gouda). Gearresteerd 10
mei 1945, in vrijheid gesteld op 17 september 1948)
Gouda. "De toestand was ten hemelschreiend. Ik heb daar een ontzettende hongerperiode meegemaakt.
We kregen zo weinig te eten, dat er vrouwen waren, die slechts eenmaal per drie weken ontlasting
hadden, zonder dat ze daar last van hadden. Wij snoerden ons korset of onze centuur zo stijf mogelijk
dicht om onze maag niet te voelen'.
De 145.000 voor kortere of langere tijd geïnterneerden waren- het is goed er nog eens aan te herinnerd
te worden - verdachten, geen gestraften.
Zo worden ze niet behandeld.
De internerings-en verblijfkampen zijn lange tijd gewoon strafkampen.
De vergelijking met de Konzentrationslager in Nazi-Duitsland en de goelags in de Sovjet-Unie is niet
gewaagd, noch overdreven.
Wij hebben het natuurlijk niet over de vernietigskampen in Polen.
Uithongering, mishandeling, terreur, zware dwangarbeid, slechte hygiëne,falende
gezondheidszorg,rechteloosheid.
Alle ellende is vertegenwoordigd.
Als de eerste geïnterneerden in het kamp Levantkade in Amsterdam- een aantal gedeeltelijk vernielde
pakhuizen aan het IJ- arriveren, is er geen enkele wasgelegenheid en toiletten en zelfs latrines
ontbreken.
Pas na maanden komen er zinken bakken, die als wc gebruikt worden.
Buizen waarin gaten zijn geboord, vormen de wasgelegenheid voor de ruim drieduizend mannen en
vrouwen.
In de loodsen slaapt men tot eind oktober onder lekkende daken op stro, op de grond.
Elders is het niet of nauwelijks beter en soms slechter.
Aan sanitair, slaapgelegenheid en hygiëne wordt geen aandacht besteed.
Dat kan vaak ook niet eens, omdat sanitair, bedden, kribben, zeep, wasmiddel en dekens er eenvoudig
niet zijn.
Maar ook de wil ontbreekt om er iets van te maken. Zo is de medische zorg bedroevend… als ze er al is.
Westerbork. In de zomer van 1945 braken besmettelijke ziekten uit: difterie,dysenterie en paratyfus. In
de barak waar ik sliep met 265 vrouwen lagen er toen 110 zwaar ziek, die zeer onvoldoende werden
verzorgd. Dikwijls werden de zieken pas naar het ziekenhuis gebracht als het reeds te laat was.
Utrecht. Fort de Bilt. Mevrouw van Hussem uit Utrecht is overleden omdat ze niet tijdig genoeg is
behandeld en naar het ziekenhuis is gebracht difterie.
Den Haag, cellenbarakken. Bij mij op zaal lag een oude mevrouw Gerritsen. Zij was ziek en moest
dieet houden, wat ze niet kreeg. Ik heb meegemaakt dat ze om een laxeermiddel vroeg, daar ze een
week geen ontlasting had gehad. Een jonge verpleegster antwoordde haar: "Zolang het geen drie
weken is, krijgt u niets."Zij is blijven sukkelen en omstreeks december 1945 gestorven op de
ziekenzaal.
Ommen,Erica. "Mijn moeder die geen lid van de NSB was en nooit iets met de beweging te maken
wilde hebben, is opgepakt en in Ommen gestorven op 4 september 1945. Moeder is zes weken ziek
geweest en er was toen nog niets om de zieken behoorlijk te verzorgen. Ook kreeg ze geen dieet."
Westerbork. " In mijn barak is een meisje gestorven dat - meen ik - difterie had en gewoon tussen de
andere vrouwen lag. Er is niet genoeg zorg aan haar besteed en zij was na een paar dagen dood. Haar
moeder lag in dezelfde barak "
Westerbork. "Hoewel mijn man bij aankomst in goede conditie was, is hij spoedig ziek geworden en
op 23 mei 1945 overleden. Ik heb hem tijdens zijn ziekte niet mogen bezoeken en van zijn sterven kreeg
ik geen bericht van de leiding. Ik hoorde dit toevallig van een vrouw die in de mannen barakken ging
werken. Ik heb mijn
man toen mogen zien- hij was zo vermagerd, dat hij een geraamte gelijk leek. De
begrafenis heb ik niet mogen bijwonen. Naar mijn mening is hij door verwaarlozing gestorven, Een
geïnterneerde arts heeft mij verteld dat mijn man dysenterie had, dat daar niets aan gedaan werd en
dat hij verhongerd is. Ik vestig er uw aandacht op, dat ik dit alles heb verklaard op uitdrukkelijker
voorwaarde, dat ik niet nader zal worden opgeroepen en dat er geen publiciteit zal worden gegeven aan
mijn mededeling. Ik heb veel
meegemaakt, ook met mijn zoons, waarvan de oudste tuberculose heeft gekregen door opzettelijke
verwaarlozing in kamp Levantkade te Amsterdam, waaraan hij thuis is overleden ( pv 33 dd 8 februari
1950 met Josephina J.E.Kits ( 1880) weduwe van jhr. J.J. Boreel de Mauregnault. Gearresteerd op 14
april 1945 en op 15 oktober 1945 In vrijheid gesteld.) "
Van de redactie.
Alvorens aan deel twee te beginnen- ik heb materiaal voor wel 50 afleveringen met misdaden van
links Nederland- wil ik de lezer er op attenderen, dat bovenstaande martelpraktijken niet hebben
plaatsgevonden in gevangenissen van o.a. Nazi-Duitsland, maar in Nederland …en meer dan 80 %
van de gemartelden waren onschuldigen.
Ieder communist (nu socialist), mocht zich op bijltjesdag uitleven op mensen waar hij de p… aan had.
Net als nu nog steeds is het altijd weer links, dat geweld gebruikt en er niet voor terugschrikt om een
kogel te gebruiken.
Indirect waren Kok, Melkert, Rosemöller en Marcel van Dam e.d. verantwoordelijk voor de dood van
Pim Fortyun.
Hetzelfde moordspel is nu alreeds door Pechtold gespeeld met zijn onterechte beschuldiging van
racisme en door Cohen met zijn leugens over het zogenaamd staatsgevaarlijk zijn van Wilders, hopend
op een tweede Volkert van de Graaf?
Links - over de gehele wereld- zal altijd geweld gebruiken om een tegenstander, die hun graai- en
dictatoriaal beleid aan de kaak wil stellen, te laten verdwijnen.
Cuba onder Fidel Castro, de USSR onder Stalin, Duitsland onder Hitler, enz. enz.
Dag.
Juli 2010