OVER DE SLECHTE POSITIE VAN MOSLIMVROUWEN
Door Nahed Sewlim.
Islamitische landen kampen, zoals andere ontwikkelingslanden, met enorm veel problemen en
hebben een grote ontwikkelingsachterstand. Tussen de landen onderling zijn er zeker verschillen,
maar toch zijn er ook vele overeenkomsten. Een duidelijke overeenkomst vormt de positie van de
vrouw. Hoe arm of rijk een islamitische land ook is, de extra belemmeringen die vrouwen
ondervinden, slechts omdat ze als vrouwen zijn geboren, zowel op het economische, sociale en als
juridische niveau blijven even groot. Een vrouw uit een arm land zoals Pakistan of Bangladesh en
een vrouw uit een rijk land zoals Saoedi-Arabië leven onder ongeveer volgens dezelfde regels en
voorschriften wanneer ze deel willen nemen aan het maatschappelijke leven: studeren, een partner
zelf kiezen, trouwen, werken, erven, kinderen opvoeden, scheiden, de voogdij krijgen, ouderlijk
gezag uitoefenen of politiek actief zijn.
In een islamitische land wordt een vrouw over het algemeen gezien als het bezit van de familie. Van
haar gedrag hangt de naam, de eer en het aanzien van de familie af. Ze beschikt niet over haar
lichaam noch over haar gevoelens en emoties. Verliefd worden vóór of buiten het huwelijk is het
ergste wat een islamitische vrouw kan overkomen. Verliefd worden staat soms gelijk aan de dood
aangezien zij zelf niet over haar gevoelens en haar lichaam gaat maar haar familie, haar stam en
soms het hele dorp. Slechts een kleine minderheid van vrouwen treffen een betere lot in islamitische
landen omdat hun familie erin is geslaagd zich los te maken van de stam en zich niets aantrekt van
de omgeving, tot op zekere hoogte natuurlijk. Zelfbeschikking is dus geen verdienste die een vrouw
kan bevechten en overwinnen door haar talenten, door hard werken of intelligentie. Zelfbeschikking
is een toevalligheid voor een kleine elite die toevallig geboren worden in een familie die dat toestaat
en die sterk genoeg is om de afkeur van de omgeving te kunnen doorstaan.
Volgens het eerste rapport uit 2002 van de UNDP (United Nations Developement Programme) die
een diagnose voor de oorzaak van de ontwikkelingsachterstand in de Arabische landen probeerde
op te stellen vormt de slechte positie van vrouwen één van drie fundamentele gebreken in de
Arabische landen. De andere twee gebreken lagen op het gebied van politieke rechten, en op het
gebied van kennis. Het is belangrijk om op te merken dat deze rapporten van de UNDP werden
geschreven door een groep van onderzoekers die allemaal een Arabische afkomst hebben, zodat de
gebruikelijke smoes van de Westerse kijk en de Westerse bril, hier niet gelden. Niet alleen werden
de gebrekkige vrouwenrechten genoemd als een aparte bron van onderontwikkeling, maar een later
rapport (het vierde uit 2005), werd geheel aan de positie van vrouwen gewijd. Natuurlijk zijn er
individuele verschillen tussen islamitische en Arabische landen onderling, maar de situatie van
vrouwenrechten is voor een groot deel vergelijkbaar. Dat is te verklaren door het feit dat de officiële
rechtspositie van vrouwen in islamitische landen grotendeels ontleend wordt aan islamitische
grondslagen en gedicteerd door de toepassing van de sharia oftewel de islamitische wetgeving. Ook
de niet-officiële leefregels, de ongeschreven wetten, het gewoonterecht en de levensstijl worden
grotendeels (en zelfs in toenemende mate) daarop gebaseerd. Deze koppeling van religie en
wetgeving maakt de strijd voor vrouwenrechten niet alleen een politieke strijd maar vooral en in de
eerste plaats een religieuze strijd. Een strijd tegen religieuze heilige huisjes in de islam over de
man-vrouw verhouding die de vrouw in een minderwaardige positie vasthouden en haar dwingen tot
gehoorzaamheid en slavernij.
Vele vrouwen berusten op den duur in deze positie. Anderen proberen er tegen te vechten en komen,
na vele pijnlijke ervaringen en teleurstellingen, tot dezelfde berusting. Ze leren dat ze, voor hun
eigen veiligheid beter hun mond moeten houden. Desgevraagd zullen ze zelfs ontkennen dat ze
ontevreden zijn, dat ze in het geheim lijden. Ze zullen het in het openbaar zelfs opnemen voor alle
islamitische discriminatoire en vrouwvijandige voorschriften en opvattingen. Ze weten dat ze een
hondenleven leiden, zien niet meer hoe ze dat kunnen veranderen, beseffen de onmogelijkheid voor
een verbetering van hun situatie maar hopen tegelijkertijd op een beter leven daarginds in het
hiernamaals en voor dat doel, een beter leven na de dood, offeren ze zich op. Ze komen tot de
conclusie dat ze als vrouw niets voorstellen en niets kunnen bereiken in de huidige wereld die door
mannen gedomineerd wordt. Mannen die, kost wat kost, hun privileges willen behouden en hun
bevoorrechte positie boven de vrouwen willen beschermen. Tegelijkertijd troosten de vrouwen zich
met het idee dat ze in het hiernamaals wel een fijn bestaan zullen leiden daar in het paradijs.
Voor mensen die niet langer geloven en voor atheïsten die nooit de macht van het geloof op de ziel en
op het verstand hebben ervaren, is het moeilijk zich voor te stellen hoe groot en hoe verpletterend
die macht kan zijn. Zeker verpletterend wanneer het gepaard gaat met een krachtige conditionering
van moslimkinderen vanaf de eerste dag. Conditionering die zich bedient van macht en geen enkel
vorm van geweld schuwt tegen ieder die zich openlijk verzet tegen de islam en weigert zich aan te
passen.
Om het eeuwige geluk te bereiken (en om zich tegen agressie en geweld te beschermen) accepteren
moslimvrouwen vrijwillig alle moeilijkheden en doen ze hun uiterste beste zodat God oftewel Allah
tevreden met hen zal zijn. De hele wereld weet intussen hoe inhumaan islamitische regels soms
kunnen zijn, toch doet het grootste deel van de moslimvrouwen in de hele wereld hun beste om die te
gehoorzamen omdat haar gehoorzaamheid en devotie haar enige hoop is op een beter leven (na de
dood) en op een toegangskaart tot de hemel. Veel mensen zullen hierover met mij van mening
verschillen. Toch weet ik zeker dat wanneer de islamitische leefregels en -voorschriften voor
vrouwen niet gekoppeld zouden zijn aan (de illusie!) van beloning met toegang tot het paradijs na de
dood, er maar de vraag is hoeveel moslimvrouwen ervoor zouden blijven kiezen? Waarschijnlijk
geen enkele. Een echte vrijwillige keuze voor de positie van tweederangsburger, de positie van een
halve man, de positie tussen slaaf en vrije mens in, kiest niemand zomaar. Alleen als boetedoening
om het eeuwige geluk te verdienen in het hiernamaals is hun enige motivatie.
Zo ontstaat er een vreemde, tegenstrijdige situatie van vrouwen die onderdrukt worden door de
religie en tegelijkertijd toch hun heil zoeken bij dezelfde religie en steeds verder en dieper hun leven
laten bepalen door strenge imams en voorgangers. Toch is het noodzakelijk om te werken aan een
verbetering van de positie van vrouwen in islamitische landen omdat daar nog steeds de ergste vorm
van apartheid geldt die de mensheid vandaag de dag kent. Een apartheid die de helft van de
bevolking of iets meer behelst. Het gaat dus niet om een minderheid wegens ras, religie, kleur of
seksuele geaardheid. Het gaat om hun vrouw-zijn. Ook al wordt die apartheid goedgepraat door een
geloof, namelijk de islam, ook al heeft het voor velen een heilige status gekregen, toch moeten we
ons blijven inzetten om die te bestrijden. Het is ontmoedigend om mensen te willen helpen die jouw
hulp niet aanvaarden. Ze zullen zeggen dat ze jouw hulp niet nodig hebben. 'Je hoeft me niet te
redden omdat ik al gered ben. Gered door Allah die mij het eeuwige leven belooft en garandeert.
Jouw redding geldt slechts voor dit voorbijgaande leven. Die wens ik in te ruilen voor het eeuwige,
blijvende leven.' Dit is ongeveer wat we te horen zullen krijgen wanneer we de meerderheid van de
gelovige, moslimvrouwen willen helpen.
Maar je moet geen mensen willen helpen die niet geholpen willen worden. Dit is namelijk zinloos en
een nutteloze verspilling. Het levert hen alleen maar extra macht en middelen op waarmee ze de rest
nog beter kunnen onderdrukken. Je moet je concentreren op mensen die bereid zijn
verantwoordelijkheid voor zichzelf te dragen, die zelf bezig zijn te strijden tegen onrecht, ook de
islamitische, en tegen vrouwendiscriminatie. De fout die het Westen tegenwoordig vaak begaat is dat
ze denken iets te kunnen doen voor alle groepen tegelijk, overal op de wereld. Het redden van
mensenlevens is een nobel, christelijk doel en dat moeten we aan de kerken overlaten die het
trouwens van oudsher goed hebben gedaan door het te koppelen aan missie en bekering. Maar het
lukt bovendien niet altijd en niet overal. Zelfs de Lieve Heer is nog niet geslaagd in deze taak.
Liberalen zouden zich eerder als doel moeten stellen om hun idealen te verspreiden en het geloof en
de praktijk van de rechtsstaat wereldwijd te bevorderen. Mensenrechten moeten onze Bijbel of
Koran zijn. Ook in islamitische landen zijn er mensen die geloven dat het beter met ze zal gaan
wanneer mensenrechten meer doorgang zouden krijgen. Dezen zijn onze bondgenoten. Jammer
genoeg zie ik dit niet gebeuren.
In Afghanistan bijvoorbeeld zijn onze bondgenoten de stamhoofden, de Mullah's en de imams.
Straks lijkt het erop dat de Taliban zelfs onze bondgenoten zullen worden, als je sommige politici
mag geloven! Hoe geloofwaardig zijn wij in dit geval tegenover meisjes die niet naar school mogen
door dezelfde islamitische geestelijken? Tegenover de vrouwen die niet van hun mannen naar de
dokter mogen indien het een man is, weerom op aanraden van dezelfde stamhoofden en Mullah's die
vinden dat je jouw vrouw liever dood kan laten gaan dan dat ze door de ogen van een vreemde man
gezien wordt? Hoe geloofwaardig ben je als voorvechter voor mensenrechten wanneer je moskeeën
in Afghanistan gaat bouwen waarin de vrouwen te horen krijgen dat zij de akker zijn voor de
mannen. ('Jullie vrouwen zijn een akker voor jullie? Komt dan tot jullie akker hoe jullie willen…'
(koran: 2:223), dat een man het recht heeft op vier echtgenotes (polygamie, koran 4.3) die hem allen
gehoorzaamheid verschuldigd zijn, op straffe van geweld en slaan (koran 4:34), dat een man zijn
vrouw(en) mag wegsturen en weer terugnemen naar wens wanneer het hem behaagt, driemaal met
tussenpozen van drie maanden voordat ze daadwerkelijk van hem is gescheiden (zie koran 2:229:
'De verstoting mag twee keer, daarna moeten zij in vriendelijkheid teruggenomen worden of op een
goede manier weggezonden worden'), dat zij nooit van hem mag scheiden maar hij hoeft alleen maar
te zeggen: 'ik verstoot je' en klaar is Kees, dat overspelige vrouwen gestenigd of zweepslagen
krijgen met mensen eromheen als toeschouwers, mits aan de islamitische wettelijke voorwaarden
wordt voldaan (zie koran 24:2 'De overspelige vrouw en de overspelige man, geselt elk van hen
beiden met honderd geselslagen en krijgt geen mededogen met hen… Bij hun bestraffing moest een
groep gelovigen aanwezig zijn'), en dat voor het verlaten van de islam (afvallen) de doodstraf staat?
Wie heeft dat verzonnen dat we in Afghanistan moskeeën moeten bouwen bij wijze van humanitaire
hulp? Op welke wijze help je daarmee de vrouwen in hun strijd voor gelijke rechten? Zeker niet de
tv-presentatrice die een paar jaar geleden werd gedood in Afghanistan omdat ze zonder hoofddoek
op televisie verscheen! Hoe help je vrouwen met moskeeën te bouwen waarin de meisjes en jongens
vanaf een jonge leeftijd te horen krijgen dat de profeet Mohammed gezegd heeft dat de meerderheid
van de bewoners van de hel (na de dood) vrouwen zullen zijn en dat vrouwen gebrekkig zijn in hun
intelligentie en in hun geloof?
Ik geloof dat we een keuze moet maken zodat de hulp zo effectief mogelijk kan zijn en werkelijk kan
leiden tot het vergroten van de rechtsstatelijkheid in de wereld en niet slechts tot het verzwaren van
de aarde met mensen die hun hoofdtaak op de wereld opvatten als 'zoveel mogelijke nakomelingen
achterlaten' die vervolgens voor de eeuwigheid afhankelijk blijven van de Westerse voedselhulp en
andere hulp, tenzij ze massaal naar hetzelfde Westen emigreren. Voor vrouwenemancipatie moet je
vrouwen zoeken die zelf bezig zijn met hun emancipatie. Voor democratie en de rechtsstaat moet je
mensen helpen die geloven in de mensenrechten, in de Universele Verklaring voor de Rechten van de
Mens wel te verstaan. De Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens is essentieel voor het
bevorderen van de rechtstaat en de democratie in de wereld. Het feit dat alle islamitische landen, 57
in totaal, georganiseerd in de Organisatie van de Islamitische Conferentie (OIC) met een
afzonderlijke Islamitische Mensenrechten Verklaring kwamen in 1990 in Caïro, tast het gezag en de
universaliteit (dus de geloofwaardigheid) van de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens
aan. Het geeft bovendien aan dat het onmogelijk is om politiek en islam van elkaar te scheiden. Niet
alleen volgens mij maar ook volgens 57 islamitische landen. Vrouwelijke christenen hebben geen
aparte mensenrechten verklaring nodig gehad en vrouwelijke joden ook al niet. Gelovigen van deze
twee religies kunnen zich vinden in één verklaring voor iedereen. Moslims niet.
Weinig mensen zijn bekend met het bestaan en de inhoud van de Islamitische Verklaring. Zelfs in de
Verenigde Naties wordt het gezien als een aanvulling op de Universele Verklaring. Daarom zou ik
hier vandaag de belangrijkste verschillen die met name van belang zijn voor vrouwen willen
belichten. Ik begin met artikel 24, die zegt dat alle rechten en vrijheden genoemd in de Islamitische
Verklaring vallen onder het Islamitische Sharia recht. Artikel 25 zegt dat de Islamitische Sharia de
enige bron is en het enige referentiekader voor de betekenis en de uitleg van alle artikels van deze
verklaring. Collega-spreker Jan Michiel Otto heeft zich vanochtend uitgeput in een poging om te
bewijzen dat de Sharia helemaal niet bestond, dat niemand het kan definiëren, dat het in elk land iets
anders betekende en dat het niets met rechtspraak te maken had. Het hoogste gezag in alle
islamitische landen, 57 in totaal heeft blijkbaar geen enkele moeite om te begrijpen wat de Sharia is.
Ze weten dat het bestaat, en dat het zelfs de enige basis is en de enige bron voor de uitleg en de
interpretatie van de artikelen die de Islamitische Verklaring vormt. Het verschil tussen deze
geestelijken en de heer Otto is dat ze daarginds niet politiek correct hoeven te doen over de Sharia.
Artikel 6 over de rechten van vrouwen zegt het volgende (in het Engels): 'Article 6 (a) Woman is
equal to man in human dignity, and has rights to enjoy as well as duties to perform; she has her own
civil entity and financial independence, and the right to retain her name and lineage.' Dat klinkt
mooi. Maar indien ik weten wil wat voor rechten ze precies heeft en wat voor plichten, dan word ik
toch maar weer doorverwezen naar de Sharia. Immers geen enkel artikel van deze verklaring mag
tegenstrijdig zijn met de Sharia. De Sharia staat gelijk aan de de gecodeerde teksten uit de koran en
de overleveringen van de profeet die een bepaald oordeel bevatten. Verder spreekt de Islamitische
Verklaring van gelijkheid van vrouwen en mannen in menselijke waardigheid. Dit is ook het enige
gelijke recht die we van deze Verklaring kunnen verwachten. Verder heeft de vrouw dus aparte
rechten en aparte plichten in vergelijking met de man (conform de Sharia natuurlijk). Het toppunt
van ongelijkheid voor de Wet wel te verstaan. Dezelfde Sharia die de polygamie alleen voor de man
toestaat bijvoorbeeld (koran 4:3) en die de getuigenis van een vrouw voor de rechtbank als een halve
getuigenis rekent (koran 2:282). Er zijn namelijk twee vrouwen nodig om een volle getuigenis te
geven voor de rechtbank. Twee vrouwen zijn dus gelijk aan één man voor de rechter in een
islamitisch land. Vrouwendiscriminatie voor de wet is dus legaal en geïnstitutionaliseerd door de
islam. Wat voor gelijkheid in menselijke waardigheid bedoelen ze eigenlijk?
Bij vergelding bij doodslag, die overigens voorgeschreven is door de islam, wordt niet alleen de
menselijke waardigheid maar zelfs het menselijke leven onderverdeeld in drie ongelijke categorieën
met drie verschillende waarden. Het menselijke leven van een man is anders (en meer) waard dan
die van een vrouw en die van een slaaf. Uitgedrukt in geld is het leven van een vrouw de helft waard
dan die van een man bij bloedgeld, om niet te spreken over die van een slaaf. 'Jullie die geloven! Aan
jullie is voorgeschreven om te vergelden bij doodslag: een vrije voor een vrije, een slaaf voor een
slaaf en een vrouw voor een vrouw' (Koran 2:178). Dit noemt de Islamitische Verklaring gelijkheid
in menselijke waardigheid?
Een andere artikel gaat over de gelijkwaardigheid van alle mensen (hoewel dat nog maar de vraag
is!), namelijk Artikel 1 (a) van de Islamitische Verklaring van de mensenrechten: 'All human beings
form one family whose members are united by submission to God and descent from Adam. All men
are equal in terms of basic human dignity and basic obligations and responsibilities, without any
discrimination on the grounds of race, colour, language, sex, religious belief, political affiliation,
social status or other considerations.' Hoewel dit artikel begint met 'All human beings' gaat het hier
uitsluitend over moslims. Als je goed kijkt, zijn moslims gelijk aan elkaar in 'submission to God.'
'Submission' betekent overgave en onderwerping, de letterlijke betekenis van het Arabische woord
Islam. Het artikel geeft dus de indruk dat het de hele mensenwereld als één familie beschouwd, maar
letterlijk sluit het iedereen uit die niet-moslim is want die geloven niet in 'submission to God'. De
atheïsten vallen helemaal uit de boot omdat die niet eens geloven dat ze uit Adam afstammen. Als we
verder kijken om te zien wie nu, onder de moslims, gelijke rechten genieten, zien we helaas dat het
alleen om de mannen (all men are equal) gaat, terwijl de vrouwen wel onderdeel uitmaken van die
familie van moslims (all human beings form one family), maar zonder daarbij te horen bij de gelijke
rechten, die dus alleen gelden voor (all men) en niet voor (all human beings).
Een andere voorbeeld. Het artikel dat dient voor het beschermen van het menselijke leven staat het
doden van mensen toe mits conform aan de sharia. In artikel 2(a) staat het volgende: 'Life is a
God-given gift and the right to life is guaranteed to every human being. It is the duty of individuals,
societies and states to protect this right from any violation, and it is prohibited to take away life
except for a Shari'ah-prescribed reason.' De doodstraf is dus toegestaan om de redenen die de
Koran aangeeft. Een daarvan is afvalligheid (naast overspel en andere redenen). De Islamitische
Verklaring voor de mensenrechten staat dus toe dat afvalligen gedood worden. Verder is het bekend
dat de niet bekeerde mannen niet mogen trouwen met moslimvrouwen. Voor een moslimvrouw is het
verboden om te trouwen met een niet-moslim. Dit verbod geldt niet voor een moslimman. Artikel 5
(a) van de Islamitische Verklaring voor mensenrechten benadrukt nogmaals dit feit: 'The family is
the foundation of society, and marriage is the basis of its formation. Men and women have the right
to marriage, and no restrictions stemming from race, colour or nationality shall prevent them from
enjoying this right'. Maar blijkbaar zijn de restricties wegens godsdienst wel toegestaan.
Er valt op zich veel meer te zeggen over deze zogenaamde mensenrechten verklaring van moslims.
Bijvoorbeeld het artikel over vrijheid van geloof blijkt een artikel te zijn tegen bekering en
afvalligheid van de islam, om moslims weg te houden van vrijheid van geloof en te 'beschermen'
tegen bekering tot een andere geloof dat als een misdaad wordt opgevat. De tijd ontbreekt om alle
relevante artikelen hier te behandelen maar ik adviseer iedereen om deze vod eens goed te lezen
want met mensenrechten heeft het niets te maken.
Beide verklaringen handelen over mensenrechten maar er bestaat werkelijk een wereld van verschil
tussen beide. Voor het bereiken van gelijke rechten tussen mannen en vrouwen is de Universele
Verklaring voor de Rechten van de Mens van enorm belang omdat het een gezaghebbend document
is. In de strijd tegen Islamitische geestelijken die een heilig gezag claimen, en tegen Islamitische
heilige geschriften die de vrouw tot een tweederangsburger hebben gedegradeerd, heeft men het
gezag van zo'n Universele Verklaring nodig. Hij ontleent zijn gezag aan het feit dat het door bijna
alle landen in de wereld is geratificeerd, ook aanvankelijk door een aantal islamitische landen.
Helaas kozen moslims in 1990 voor een aparte Islamitische mensenrechten verklaring waarin de
gelijkheid tussen mannen en vrouwen teniet werd gedaan. In de Verenigde Naties wordt er hard
gelobbyd, door moslimlanden, om de Islamitische Verklaring voor de mensenrechten mondiaal te
erkennen als gelijkwaardig of op zijn minst complementair, oftewel een gewenste toevoeging op de
Universele Verklaring. Wat mij betreft heeft dat vod papier geen enkele toegevoegde waarde en is
het een schande ten aanzien van minstens de helft van de mensheid wanneer deze pogingen zouden
slagen. Wat wij in het Westen moeten doen is wat mij betreft glashelder. Zorg in eerste instantie dat
de echte, Universele Verklaring door iedere VN-lid erkend wordt en sta sterk tegenover de
moslimlobby met hun vrouwonterende Moslimverklaring.
De auteur schreef diverse boeken over de problematiek van vrouwenrechten in de islam.
Deze tekst verscheen eerst in Liberaal Reveil, het lijfblad van de Nederlandse Telderstichting, van maart 2010.
Nahed Selim
Juni 2010.
Zo niet?
Zo ook niet?
Dit zou kunnen!
... of toch liever zo?