Parijs.
Hoewel ik al zesmaal eerder in Parijs ben geweest, kan ik nog steeds niet zeggen dat ik Parijs als mijn broekzak ken ( ik heb niet zulke grote broekzakken….).
We wilden het reizen met de Thalys uitproberen en hebben er toen maar direct vier dagen Parijs aan vastgekoppeld.
Nu: de Thalys is een catastrofe!
Kleine zitplaatsen, een smal looppad( 2 x 2 op een rij) en een TE dure restauratie.
Het enige voordeel van de Thalys is zijn snelheid.
Aangezien de meeste vakantiegangers geen haast hebben meenden wij, dat er nog wel zitplaatsen over zouden zijn.
Helaas.
Zowel op de heenreis (op zondag) als op de terugreis (woensdag) waren bijna alle zitplaatsen bezet.
Op de heenreis liet een moeder( omstreeks 28 à 30 jaar) zien, dat zij echte Nederlandse was. De zitplaats tegenover haar was vrij en het duurde niet lang of mevrouw [..] zat met haar voeten op die lege stoel.
Als haar dochter, die een jaar of 7, 8 was, dat nu later zelf ook doet en iemand vraagt haar: "Wat zou je moeder hiervan zeggen?", dan zij antwoorden: "Die doet dat zelf ook!"
Alweer een kind, dat van de opvoeding uitsluitend de voeding heeft genoten….
Grote koffers e.d. moeten worden ondergebracht in een ruimte, die daartoe op het instapplatvorm gereserveerd is.
De rekken boven de zitplaatsen zijn duidelijk alleen maar bedoeld voor kleinere tassen en koffertjes.
Maar goed: voor ons is dit absoluut de laatste maal, dat wij met de befaamde Thalys gereisd hebben - dan liever een boemeltje naar Parijs.

Net als in Nederland kreeg ik het idee, dat het verkeer in Parijs nog voller en brutaler is geworden.
Onze taxichauffeur- een rustige man van omstreeks 50 jaar- liet de meest brutale chauffeurs met hun auto voorgaan, ook als die er geen recht op hadden.
Wij rijden nog regelmatig in Amsterdam, in het kader van familiebezoek, maar dat is een rustige dorpje, vergeleken met Parijs.
De Franse chauffeur is nog steeds verliefd op zijn claxon en laat dat ook vaak en luid merken.

Ons hotel was Hotel Napoleon, in de Avenue de Friedland, op ongeveer 200 meter van de Arc de Triomphe gesitueerd.
Zodra wij het hotel uitliepen, was het eerste wat wij zagen: de Arc!
Het hotel was overigens niet
'je van het'.
Kleine kamers ( bij iedere erectie moest, bij wijze van spreken, de deur naar de badkamer open….).
Die badkamer was trouwens wel goed uitgerust, met bad en douche.
We hadden een verblijf zonder ontbijt besteld, want dat kost in dat hotel 26 euro per persoon extra en is dan ook nog zeer mager te noemen.
We verlieten die zondag om ongeveer 15.30 uur het hotel en hebben tijdens die eerste wandeling meteen goed uitgekeken naar een restaurant, dat een 'petit déjeuner' op het menu had staan.
Diezelfde zondagavond, flanerend over de Champs Elysées, besloten we ons te laten verleiden tot een diner in een van de vele restaurants daar… nee…niet bij Foucquet, want daar had ik een paar jaar geleden al eens gegeten en daar was het toen al zo duur, dat ik de drie maanden daarna gedwongen was 'Zeeuwse schuifkaas' te eten…: een portie aardbeien met slagroom kostte daar - toen al - 37 euro!
Wel bezit ik nog steeds een asbakje van Foucquet en daar doe ik dan flink mee tegen mensen, die nog nooit in Parijs zijn geweest.

We dachten uiteindelijk een adres gevonden te hebben voor een goed en niet te duur ontbijt in een straat, die dichtbij een metrostation lag.
Op maandagmorgen gingen we eerst nog even geld pinnen, tegenover het Lido op de Champs Elysées, om daarna op weg te gaan naar het metrostation.
Maar tijdens dat loopje zagen we, bijna aan het einde van de Champs Elysées, een aantal mensen bezig om een ontbijt te nuttigen achter hoge glazen ramen.
Wij naar binnen!
In de hal, waar zich meerdere winkeltjes bevonden, waaronder een zogenaamde 'Tabac', met een grote hoeveelheid leesstof, hebben we nog snel een Nederlandse krant gekocht, voordat we naar het restaurant togen.
Het was of je midden op de Champs Elysées zat… de mensen, op weg naar hun werk, liepen vlak langs je heen!
Bij het lezen van de menukaart dachten wij dat het al 1 april was: de rekening voor het ontbijt, dat we hebben wilden ( ik koos voor een wat machtiger ontbijt dan mijn echtgenote deed) bedroeg slechts 23 euro en de bediening was er perfect!
Deze 'Publicis Drugstore', aan de Avenue des Champs Elysees nummer 133, vlakbij metrohalte Charles de Gaulle-Étoile, is dan ook een echte aanrader.
Men kan bij de tijdschriftenafdeling daar zowel de Volkskrant als de Telegraaf en de NRC kopen.

De Eiffeltoren was een van de eerste bezienswaardigheden, die we fotografeerden.
In Nederland hadden we het plan opgevat, om in een van de twee restaurants, die zich in de Eiffeltoren bevinden, te gaan dineren.
Helaas.
Minimum charge 180 euro voor 2 personen!
We hebben ons dus maar beperkt tot foto's nemen van de buitenkant.
In alle publicaties over de Eiffeltoren staat te lezen, dat zij 276 meter hoog is.
Kijk nu eens naar foto 2 … en u zult zien, dat de hoogte sterk overdreven is!

's Maandags na het ontbijt gingen wij op weg naar de Sacré Coeur ( eigenwijs als we zijn niet omhoog met de kabelbaan, maar te voet).
Voor twee mensen, die reeds op enigszins gevorderde leeftijd zijn, staat een dergelijke onderneming zo'n beetje gelijk aan het naar boven rijden van de Alpe d'Huez!
Maar goed: we hebben die tocht overleefd.
Nog altijd zitten de trappen voor de Sacré Coeur vol met mensen, die er uitrusten en er meteen het magnifieke vergezicht bewonderen.
Maar terug waren we wel zo wijs om met de kabelbaan naar beneden te gaan: voor 1 euro 60 per persoon scheelt dat een hoop blaren en dikke voeten.
De Sacré Coeur staat, zoals de meesten wel weten, midden in het overvolle en zeer drukke Montmartre, waar vele souvenirwinkeltjes en eet- en drinktentjes zich aaneenrijgen.

Nog één van mijn favorieten in Parijs is de Notre Dame.
Het blijft een imposant gebouw, waar de verspilling van mankracht en geld tijdens vroegere eeuwen vanaf straalt, maar dat toch ook indrukwekkend blijft.

Op weg naar die Notre Dame viel het ons op, dat er op straat zoveel politie zichtbaar aanwezig is: een groot verschil met Nederland.
Daar zit de politie doorgaans achter een bureau bang te wezen en erop te wachten om een - bij voorkeur - onschuldige op te mogen pakken en in de cel te donderen.
Hier in Parijs zagen we ook weinig agenten, bij wie, bij wijze van spreken, de moedermelk nog zichtbaar was in de mondhoeken en op de uniformjasjes.
Hier niet de in Nederland al bekende ranke, domme blondjes of dames, die juist weer zo stevig zijn, dat vergelijkingen met een paardenachterste zich aan de toeschouwer opdringen, maar echte agenten, die nog gezag uitstralen en die zich niet gedragen als sociale werkers.

Het is ons tevens niet ontgaan, dat er nauwelijks hoofddoekjes te zien zijn in het centrum van Parijs.
De enige hoofddoekjes die wij zagen bedekten het hoofd van dames, die midden op straat aan het bedelen waren en die kartonnen bordjes, in slecht Frans opgesteld, voor zich hadden staan, waarop melding werd gemaakt van hun zogenaamd deerniswekkende omstandigheden!

Vanzelfsprekend zijn ook de Galeries de la Fayette en Au Printemps niet aan ons bezoek ontsnapt.
Een aanrader is het om op het dak van Au Printemps koffie te gaan nuttigen.
Men heeft daar een prachtig uitzicht over Parijs en koffie voor 1 euro 50.

Ook het restaurant, bovenop de 210 meter hoge toren van Montparnasse, was voor Parijse begrippen niet duur.
Op deze toren is het uitzicht uiteraard nog vele malen mooier en beter dan dat op het dak van Au Printemps, dat zich op de 8e verdieping bevindt.

Wij hebben heel veel van Parijs gezien, mede dankzij de driedaagse ticket voor de Parijse metro, die ik, op grond van mijn ervaringen, opgedaan bij vorige bezoeken, beslist weer wilde aanschaffen.
Je kunt dan, gedurende die dagen, onbeperkt door de stad reizen!
(
De bediening van de ticket voor de metro is heel eenvoudig.
Je hebt daar bij de doorgangen een soort muurtjes, waar je het kaartje bovenop legt, in een bepaalde gleuf.
( Voor de weinige hetero's, die deze wereld nog telt, een eenvoudig gebaar…).
De ticket komt vervolgens na zo'n 60 cm. weer tevoorschijn geschoten, waarna je hem kunt opbergen in het meegeleverde hoesje en hop… naar de trein, die altijd binnen een paar minuten arriveert.
Simple comme bonjour!


Fijnproevers als wij zijn, brachten we ook een bezoekje aan de winkel van de wereldberoemde mosterdmaker: Maille, aan de Place de la Madeleine nummer 6.
We hebben er vier verschillende potjes exquise mosterd gekocht van een soort en kwaliteit, die men in Nederland tevergeefs zal zoeken.

Via de Rue Royale liepen we naar de Tuilerieën.
Omdat de temperatuur rondom de 18 graden schommelde - en dat na de koude winter, die we net achter de rug hebben - was die wandeling best vermoeiend!
Het was dan ook heerlijk om, daar aangekomen, even op een stoel aan het water te kunnen uitrusten en om de daaromheen staande Griekse beelden te kunnen bekijken.
Vervolgens liepen we in een rustig tempo via de Champs Elysées terug naar ons hotel.

Aan het begin van de Champs Elysées ,op nummer 48, bevindt zich de broodjeswinkel 'Pomme de Pain', een uitstekende zaak om een baguette met daarop de meeste lekkere vlees, vis of ander lekkernijen te kopen en te verschalken.
Ook voor vegetariërs zijn daar vele soorten baguettes te koop….een aanrader voor wie 's middags lekker en goedkoop wil lunchen.
Daar opeten en dan boven in het restaurant gaan zitten, met een pracht uitzicht over een van de drukste winkelstraat van Parijs: de Avenue des Champs Elysées!
Vermoeidheid heeft ons die dag doen besluiten om het diner over te slaan.

De laatste dag van ons verblijf hebben gedineerd bij La Ponthieu in de Rue de la Ponthieu. Goed eten, redelijke prijzen en zeer laconieke, maar goede bediening.

Natuurlijk hebben we ook de glazen ingang van het Louvre bekeken.
666 glazen schijven, die allemaal 66x66x66x66 cm zijn.
Achter het Louvre, op het plein van de Rue Saint Honoré ,wordt nog steeds aan rolschaatsen gedaan door atletische jongens en meisjes.
Die houden zich niet bezig met het beroven van oude mensen,of met het uitschelden of wegpesten van anderen, maar laten hun medeburgers genieten van hun rolschaatskunsten.
Ook dat is Parijs.

Iedere ochtend zijn alle drukke winkelstraten geheel schoongemaakt en -gespoeld.
Of dat ook in de wijken gebeurt, waar vele allochtonen wonen, is mij niet bekend.

Alle grote steden in Nederland zouden een voorbeeld moeten nemen aan Parijs.
Men is daar niet bezig om toeristen weg te pesten met bijvoorbeeld OV-chip kaarten en met parkeerplaatsen, die uitsluitend betaald kunnen worden met een chip etc.etc.
Parijs doet er alles aan om zijn miljoenen toeristen, die de stad jaarlijks trekt, een zo aangenaam mogelijk verblijf te geven…. en dat is wel zo slim en wel zo prettig.
Maar de burgermeester van Parijs geeft dan ook geen steekpenningen om als de beste burgermeester gekozen te kunnen worden, zonder dat hij die titel verdient.

Tenslotte de Franse mensen ….maar speciaal de Parijse vrouwen.
Die hebben iets provocerend moois, iets uitdagends ….en een houding, die past bij een vrouw van allure.
Weinig vrouwen, waarbij men denkt: 'Waar zou die haar kruiwagen hebben staan… of haar paard en wagen… of de gierwagen'!
Vanzelfsprekend is mijn echtgenote daar ook een uitzondering op.

Rendez-vous à Paris!
Adieu.
April 2010.